Fa. A. Vreugdenhil – Al meer dan een eeuw passie voor teelt
Al ruim honderd jaar wordt er bij Fa. A. Vreugdenhil met passie geteeld. Het familiebedrijf begon ooit met druiven, tomaten en bloemen als anjers en freesia’s, maar stapte in 1978 over op Alstroemeria’s. Daarmee behoorden zij tot de pioniers in Nederland. In dit interview blikt Frans Vreugdenhil terug op de geschiedenis van het bedrijf, de veranderingen in de sector en zijn persoonlijke favoriet. Ook vertelt hij over het belang van nuchter ondernemen en het vinden van goede opvolgers.
Kun je jezelf voorstellen?
“Ik ben Frans Vreugdenhil, ik ben bijna 70 en werk nog altijd met veel plezier in de tuin. Als 3-jarig jongetje liep ik er al rond.”
Hoe lang bestaat Fa. A. Vreugdenhil?
“Het bedrijf is opgericht door mijn opa in 1923, dus we bestaan inmiddels al meer dan 100 jaar.
Vroeger teelden we druiven, later tomaten, daarna anjers en freesia’s. In 1978 zijn we begonnen met Alstroemeria’s, als een van de eerste kwekers in Nederland. Toen haalden we nog maar 150 stelen per vierkante meter. Nu hebben we soorten die tot 800 stelen per meter produceren, al ligt het gemiddelde rond de 450 à 500.”
Hoe is de sector veranderd ten opzichte van vroeger?
“Tegenwoordig zit je vaker achter de computer dan in de tuin. Vroeger deed je alles zelf en kon je ook alles, maar nu zijn de taken veel specialistischer geworden.”
Wat maakt jullie kwekerij uniek in de sector?
“Wij zijn middelgroot — niet te groot, en dat heeft z’n voordelen.
We kunnen makkelijker schakelen, bijvoorbeeld bij de overstap naar substraat. Dat vergt veel werk, maar wij kunnen dat als kleiner bedrijf goed organiseren. Tot voor kort sorteerden we zelfs nog met de hand op een oude machine, en dat ging prima.
We zijn altijd voorzichtig geweest. Ons motto was: tuinieren zonder de bank. En dat is een goed streven gebleken.”
What is your favourite Alstroemeria and why?
“De Paradiso. Dat is een Florinca met prachtig witroze bloemen. De bloemetjes komen mooi open en blijven zeker vier weken goed. Ik heb er veel complimenten over gekregen.”
Hoe selecteer je nieuwe Alstroemeria-soorten?
“We bezoeken regelmatig verenigingen en kijken goed wat collega’s doen en welke nieuwe soorten zij hebben staan. Vroeger was dat nóg belangrijker, want toen gingen de ontwikkelingen sneller. Tegenwoordig zijn de verbeteringen in het assortiment vaak klein. De komst van jaarrond-soorten was wel echt een doorbraak voor de Alstroemeria-teelt.”
Hoe ziet de toekomst eruit voor jullie bedrijf?
“Die blijft altijd ongewis. Maar we hebben gelukkig altijd een financiële buffer gehad. Als je niet afhankelijk bent van de bank, dan scheelt dat enorm. Tijdens de coronacrisis zaten wij ook in zak en as, maar grote bedrijven met hoge schulden zijn dan veel kwetsbaarder. Wij hebben die klap relatief makkelijk kunnen opvangen.”
Hoe ziet het carrièrepad eruit?
“Ik ben vorig jaar gestopt. Opgaan, blinken en verzinken — zo gaat het vaak in het leven. Maar ik heb twee hele goede opvolgers, en daar ben ik trots op. Zonder opvolging wordt het op mijn leeftijd lastig. Dus ik ben dankbaar dat dat goed zit. En ja, vroeger was ik altijd al in de tuin te vinden. Ik had een hekel aan school, dus zodra ik thuis was: oude kleren aan en de tuin in.”